Vier generaties zorgprofessionals over vooroordelen: “Ben ik lui?”

Verschillende generaties zorgsector

In INFUUS 15 gingen we op zoek naar de meerwaarde van een team waar verschillende leeftijden samenwerken, want nooit eerder werkten zoveel generaties op de werkvloer. Maar uiteraard zijn er ook hardnekkige stereotypen… Vier generaties zorgprofessionals weerleggen de vooroordelen.

Babyboomer Ingrid is directeur van het Revalidatiecentrum Noorderkempen 

Ingrid: “Ik noem mijn generatie eigenlijk altijd de brave generatie. Onze baas zei iets en wij deden dat. Dat stond ook in ons contract: je doet je job, maar ook elke opdracht die je wordt opgelegd. Dus stonden we geregeld ramen te kuisen of lokalen te schilderen. Niemand zei daar iets op – al werd er af en toe natuurlijk wel gezeurd. We hadden niet veel inspraak, maar we lagen daar ook niet van wakker.”  

“Ik heb de prioriteiten van generaties zien verschuiven tot waar we nu zijn. Twintigers zijn zeer actieve mensen waar je alles aan kan vragen. Die hebben doorgaans weinig zorgen, wonen vaak nog bij hun ouders en combineren werken en leven zoals ik dat eigenlijk pas op mijn vijftigste ben beginnen doen. Er zijn er maar een paar die voltijds werken, maar er is wel een groot engagement om veel knowhow op te doen. Al is dat dan niet altijd met de bedoeling om hier te blijven werken. Dat heeft onze kijk op investeringen veranderd: vroeger investeerde je als directie in een persoon, nu zetten we meer in op gedeelde kennis voor iedereen.”  

“Dertigers zijn vaak de mensen die het liefst met rust gelaten. Vaak hebben ze thuis zoveel werk dat er niets meer bij kan. Ik probeer daarop in te spelen door ze bepaalde verantwoordelijkheden te bieden en hen daar ook in te coachen. Veertigers willen dan weer net veel verantwoordelijkheid opnemen, omdat ze hier vaak al langer zijn en voor zichzelf hebben uitgemaakt dat ze willen blijven.” 

Ingrid Snoeys: “Jongeren kunnen beter loslaten.”

“Ik heb, in mijn rol als directie, een coach onder de arm genomen om mij te helpen communiceren met de verschillende generaties op de werkvloer. Ik had wel de inzichten, maar de manier waarop je dingen verkoopt verschilt wel per generatie. Hoe evalueer je mensen, hoe ga je in gesprek… Als oudere moet je daarin investeren. Ik hoef mijn eigen waarden en normen niet te veranderen, maar we moeten ze wel leren kennen van elkaar. Zo kan ik ook leren van twintigers, dertigers of veertigers.”  

“Wat ik bewonder aan de jongste generatie is hun mogelijkheid tot loslaten. Ik schrik soms van de zaken waar zij mee zitten, maar ze kunnen dat heel goed plaatsen, lossen en verdergaan. Dat moet ik zelf nog leren. En dat niet alles werk is, kan ik ook nog van hen overnemen. Als er een brugdag is, zit ik hier meestal als enige.”  

Het vooroordeel: babyboomers zijn traag en star en tellen af naar hun pensioen 

Ingrid: “Ik niet. Mocht ik het niet graag doen, zou ik zeker aftellen, maar dat is niet zo. Natuurlijk zou ik graag met pensioen gaan, en als het volgend jaar zover is, heb ik nog genoeg dingen die ik wil doen. Maar ik zal altijd wel gebeten blijven door mijn job.”  

Gen Z’er Jana werkt als zorgkundige bij WZC Berkenhof  

Jana: “Soms heb ik het gevoel dat onze generatie wordt bekeken als nietsnutten, terwijl we eigenlijk alleen maar willen helpen. Tijdens onze opleiding hebben we nieuwe technieken geleerd die niet altijd welkom zijn op de werkvloer. Voor mensen die wat langer in het vak staan is het soms moeilijk om van vertrouwde gewoontes af te wijken, merk ik.”  

“Ik hoor vaak dat het werk in de zorg vroeger lichter was, en dat als oudere collega’s nu jong waren, ze zouden veranderen van job. Maar wij zijn het niet anders gewend en kunnen daardoor ook makkelijker loslaten. Al merk ik zelfs dat het in de vijf jaar dat ik werk, nog zwaarder is geworden.”  

“Op de afdeling waar ik eerst werkte, stond ik er meteen alleen voor. Dat was mentaal erg moeilijk, dus heb ik mij laten overplaatsen naar een andere afdeling. Ik werd er met open armen ontvangen. Het hangt echt af van het team en de mentaliteit van dat team waarin je terechtkomt.”  

Het vooroordeel: Gen Z is individualistisch en gaat sneller op zoek naar een nieuwe job als het hen niet bevalt 

Jana: “Eerlijk? Ik heb in het woonzorgcentrum al verschillende jongeren zien komen en gaan. Maar als je een hart hebt voor de zorg, is dat niet het geval. Het probleem is ook vaak dat er niet genoeg uren worden aangeboden waardoor de jongeren vaak late diensten krijgen, omdat het beeld heerst dat zij nog geen verplichtingen hebben. Ik denk dat wat meer respect en begeleiding al een heel verschil zouden maken.”  

Millennial Nathalie is vaatlaborante bij het UZA  

Nathalie: “Vijf à zes jaar geleden was ik een slechte collega. Als alleenstaande moeder waren overuren voor mij echt geen optie. Om 17 uur moest ik naar huis, en mijn collega’s wisten dat. Het verschil bij ons op de afdeling zit dan ook niet zozeer in de generaties, maar in mensen zonder kinderen en mensen met kinderen.”  

Nathalie Franck: “Ook millennials kunnen hard werken.”

“Ik werk graag samen met een mix van generaties. Oudere collega’s zijn doorgaans levensbewuster. Bij hen kan je terecht met grotere vragen, terwijl je het met jongeren net over andere onderwerpen kan hebben. Die zijn echt nog bezig met zichzelf te ontwikkelen en zijn vaak ook grappig, terwijl de oudere generatie plichtsbewuster en eerder bedaard is. Het is een goede mix.”  

“We zijn als verpleegkundig team zelfsturend, maar hebben een arts als diensthoofd. Tot voor kort was dat een chirurg die erg nuchter en rustig was, altijd de kerk in het midden hield, maar ook niets deed met wat wij hem vertelden. Zijn opvolger is een jaar of vijftien jonger en weet echt heel duidelijk waar hij naartoe wil. Waar de vorige al wat ‘opgegeven’ had, heeft het nieuwe diensthoofd al heel wat zaken ten goede veranderd: zo stelde hij paal en perk aan de hoeveelheid onderzoeken waardoor onze werkdruk gevoelig minder is geworden.”  

Het vooroordeel: millennials zijn lui en narcistisch 

Nathalie: “Ik voel mij sowieso al niet echt een millennial (lacht). Als ik naar mijn collega’s kijk, ben ik het er niet mee eens. We kunnen wél hard werken.”  

Gen X’er Glenn is zorgkundige bij WZC De Duinpieper in Oostende 

Glenn: “Ik was 24 jaar toen ik begon te werken. Ondertussen ben ik 53 jaar. Ik heb al veel generaties zien komen en gaan. Wat ik vooral merk is dat de bewoners veranderd zijn. Vaak bellen ze alweer als we net de kamer uit zijn. De familie van bewoners zijn ook veel mondiger. Vroeger zetten ze hun ouders af en vertrouwden ons. Nu zoeken ze vaak zelf dingen op en geloven niet meteen wat we zeggen. Dat die generatie veeleisender is geworden, is soms niet makkelijk.” 

Glenn Robson: “De jonge gasten respecteren mij wel.”

“Met de jonge gasten kom ik goed overeen, en zij respecteren mij ook. Als stagebegeleider zie ik zowel vijfde- als zesde- en zevendejaars voorbijkomen. Wat mij vooral opvalt is dat ze minder open zijn dan vroeger. Ze zijn vaak in stilte met hun gsm bezig. Vroeger deed ik geregeld een babbeltje met mijn jobstudenten, nu lopen ze mij voorbij als ik ‘goeiemorgen’ zeg. Bij jongeren die bij mij stage lopen zeg ik daar wel wat van, al kijken ze dan soms raar op. Maar goed, ik ken ook niets van computers en daar kunnen zij mij dan weer bij helpen.”  

“Toen ik mijn eerste stage liep moest ik direct aan de slag: bedpannen schoonmaken, wc-potten uitkuisen en bedden opmaken. Als er ergens een plooi te veel zat, mocht ik opnieuw beginnen. Dat zou ik bij mijn studenten niet moeten proberen. Ik denk dat ze misschien wel meer bepamperd worden. Aan kijkstages heb ik bijvoorbeeld een hekel: met kijken alleen lukt het niet. Ook zesdejaars mag je niet zelfstandig laten werken, tenzij in de kamer naast je. En als het tegenvalt, dienen ze klacht in bij de school, en dat is dan weer slecht voor onze reputatie.” 

Het vooroordeel: gen X is digibeet en staat niet open voor verandering 

Glenn: “Daarin heb je wel een beetje gelijk, vrees ik (lacht). Dat is pure angst: als ik niet weet wat ik moet doen, panikeer ik. Maar als jongere collega’s mij dan tonen hoe bijvoorbeeld een tablet werkt, ben ik hen daar erg dankbaar voor.” 


Tot welke generatie behoor jij? 

  • Een babyboomer is iemand geboren tussen 1946 en 1960 
  • Generatie X is geboren tussen 1961 en 1980 
  • Generatie Y is geboren tussen 1981 en 1995 
  • Wie na 1995 geboren is, behoort tot Generatie Z 

LEES MEER OP INFUUS.BE

Share on facebook
Share on twitter
Share on linkedin

REACTIES

Trending

Infuus nieuwsbrief

Straffe verhalen van, door en voor zorgprofessionals – maandelijks in jouw mailbox afgeleverd.